Wat is Artificial Intelligence, oftewel AI
Door de Dikke van Dale wordt kunstmatige intelligentie, oftewel artificial intelligence, omschreven als “het met behulp van een computer nabootsen van het menselijk denken”. Klinkt simpel, maar dit is zeker nog een definitie waar haken en ogen aan zitten: de belangrijkste vraag is dan ook wat er precies als intelligent wordt gezien.
Is het winnen van een schaakwedstrijd tegen de toenmalige wereldkampioen schaken bijvoorbeeld intelligent? Voor deze legendarische partij tussen Kasparov en de IBM computer Deep Blue in 1997, werd gedacht dat dit het ultimatum zou zijn en het schoolvoorbeeld van artificial intelligence zou zijn.
WAT IS ARTIFICIAL INTELLIGENCE ECHT?
Dit is inmiddels alweer achterhaald. Deep Blue had nog maar nauwelijks zijn virtuele trofee in zijn virtuele prijzenkast gezet, of men had het alweer vooral over wat deze computer allemaal niet kon doen – en hoe beperkt het was dat deze computer maar 1 ding deed. Dit was geen ware intelligentie, toch? Zodra een computer het kan, is er toch geen intelligentie meer voor nodig?
Op een gegeven moment lokte dit zelfs een uitspraak uit van een van de ontwikkelaars van IBM, dat onder kunstmatige intelligentie alles verstaan wordt ‘wat we de computer nog niet kunnen laten doen’. Een wat breder geaccepteerde ‘benchmark’ van ware artificial intelligence wordt geleverd door de zogenaamde turingtest.
De welbekende Brit Alan Turing is een van de grondleggers van de informatica. Hij beschreef in 1936 een experiment dat antwoord zou moeten geven op de vraag of een machine menselijke intelligentie kan bezitten. Kort gezegd vond hij dat als een machine iemand anders voor de gek kan houden door hem te laten geloven dat het een mens is, dit de test voor artificial intelligence is.
BLADE RUNNER 2049
Dit is de basis van verdere redenaties, waarbij het idee centraal staat dat een entiteit met kunstmatige intelligentie de ‘ultieme’ mens zou zijn: deze raakvlakken met menselijke psychologie en de vraag wat iets ‘menselijk’ maakt, staat centraal in zowel wetenschap als populaire cultuur.
De film ‘Blade Runner 2049’ met Harrison Ford en Ryan Gosling in de hoofdrol, die momenteel in de bioscoop draait, maakt dit punt al duidelijk: dit gaat in zijn geheel over het zijn van ‘menselijk’ en de toepassing van artificial intelligence om ‘supermensen’ te maken.
Immers, als alleen de goede dingen van mensen overgenomen kunnen worden en gecombineerd worden met de superieure kracht van computers op het gebied van wiskunde, herkenning en geheugen, ontstaat een entiteit die de menselijke intelligentie sterk overstijgt. De vraag blijft alleen of er dan nog ruimte is voor zoiets als menselijke gevoelens, aanhankelijkheid, relaties en emoties – kort gezegd, een ziel.
Zonder iets weg te willen geven over het plot van bovengenoemde blockbuster, is het duidelijk dat dergelijke vragen en zorgen de mens flink bezighouden – en waar zelfs geen duidelijk antwoord op gegeven lijkt te worden binnen de fictie.
VORMEN VAN KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE
Binnen de informatietechnologie worden er op dit moment twee vormen van artificial intelligence onderscheidden: de splitsing wordt gemaakt tussen ‘sterke AI’ en zwakke AI’.
Sterke AI wil toewerken naar een computer of software die in staat is te redeneren en zelfstandig een wijde variëteit aan problemen kan oplossen – en mogelijk in staat is tot zelfbewustzijn. Dit punt leidt weer tot onderscheid in twee nieuwe soorten: een mensgelijke AI die als een mens denkt en redeneert, en een niet-mensgelijke AI die als een computer blijft denken en oplossen.
Zwakke AI is de versie die gebruikt werd tijdens de schaakwedstrijd met Kasparov, en ook de versie die al veel toegepast wordt in hedendaagse wetenschap. Zwakke AI-systemen worden voor een specifiek gebruik ontwikkeld, zodat het weliswaar intelligent over kan komen als het aankomt op onderzoek in dat bepaalde deelgebied, maar daarbuiten geen verdere intelligentie vertonen. Zoekalgoritmes en expertsystemen zijn hier goede voorbeelden van, evenals bepaalde IoT toepassingen.
Deze twee vormen van kunstmatige intelligentie hebben veel overlap. Het argument zou zelfs gemaakt kunnen worden dat het de twee extremen zijn op een schaal: aan de ene kant zwakke AI, voor een enkele toepassing, en aan de andere kant sterke AI – die voor heel veel toepassingen ingezet kan worden. Uiteindelijk zou dus een systeem dat begonnen is als zwakke AI, en gaandeweg geleerd wordt om steeds meer functies uit te voeren, steeds dichter naar een slimme AI-oplossing kunnen bewegen.
Of een ‘ware’ sterke AI ooit zal bestaan, blijft nog maar de vraag. Voorstanders van de technologie achter kunstmatige intelligentie denken dat dit zeker haalbaar is om de ‘hardware’ van de mens – in de vorm van ons geheugen en ons zenuwstelstel – na te bouwen met computer hardware en software applicaties, en zo een intelligente entiteit te creëren.
Tegenstanders – vaak degenen uit de filosofische en psychologische hoek – geven aan dat het onmogelijk is om de ‘hardware’ van de mens na te bouwen. Immers, het mens-zijn wordt niet alleen bepaald door onze hardware, maar ook door dat wat een mens met onze hardware doet. Enkel het kopiëren van onze capaciteiten en talenten, zal er niet toe leiden dat een machine dezelfde capaciteiten erft.
Mensen kunnen onrealistisch zijn, misleidend, en afgaan op gevoel. Dit alles is niet te verklaren aan de hand van onze hersenen of zenuwstelsel. Er iets, volgens de tegenstanders van AI, nog iets ‘ongrijpbaars’: onze ziel. En dit is iets wat niet gerepliceerd kan worden in een computersysteem, vinden zij.
ARTIFICIAL INTELLIGENCE-TOEPASSINGEN
Ondanks de tegengeluiden, die ons waarschuwen voor het gevaar van het creëren van een menselijke entiteit, zijn er genoeg bedrijven en individuen die zich bezighouden met het ontwikkelen van intelligente toepassingen.
In bepaalde velden worden er al veel (zwakke) AI toepassingen gebruikt: belangrijke gebieden zijn onder meer medische diagnostisering, elektronische handel, simulaties, robotica en teledetectie. Hiermee profiteren de financiële industrie, luchtvaart, gezondheidszorg en het onderwijs, om er maar een paar te noemen, al flink van deze toepassingen.
ARTIFICIAL INTELLIGENCE in de LUCHTVAART
In zowel de luchtmacht als in de ‘reguliere’ luchtvaart wordt AI al flink gebruikt. Luchtmachtpiloten gebruiken intelligente gevechts- en trainingssimulaties, virtuele missie-support, supportsystemen voor tactische besluitvorming, en verwerking van simulatiedata in samenvattingen. De intelligentie van deze simulaties en supportsystemen kan tot het uiterste benut worden als het piloten zelfstandig traint en ondersteunt.
In de ‘reguliere’ luchtvaart worden steeds meer intelligente pilootsystemen gebruikt, die meer en meer functies overnemen van de piloot en kunnen ondersteunen – of zelfs het roer of bepaalde functies overnemen – in het geval van een noodgeval. Ook wordt in de communicatie met de Air Traffic Control steeds meer gebruik gemaakt van intelligente stemherkenning, die niet alleen miscommunicaties voorkomt, maar ook emotie of spanning in een stem kan herkennen.
ARTIFICIAL INTELLIGENCE in het ONDERWIJS
Voor onderwijstoepassingen – van basisscholieren tot aan bijscholing voor volwassenen – wordt steeds meer gebruik gemaakt van Natural Language Processing, gecombineerd met machine learning. Hiermee kunnen opdrachten automatisch nagekeken en beoordeeld worden, en kan een data-gedreven overzicht gegenereerd worden van de leerbehoefte van iedere individuele student.
De introductie van robots in het onderwijs is langzaam, maar de eerste resultaten hiervan zijn al zichtbaar: robots die kleuters voorlezen en helpen bij taalbegrip, maar ook robots die studenten kunnen helpen bij hun biologievakken en computerwetenschappen.
Zogenaamde Intelligente Tutoring Systemen, of ITS, kunnen binnen een specifiek vakgebied bijdragen aan de ontwikkeling van studenten. Binnen het leger worden er zo al dergelijke ITS ingezet om vliegtuigtechnici te trainen in onderhoudstaken. Ook in het hogere onderwijs staan deze systemen voor de deur, en zullen ze in de komende jaren meer en meer hun weg naar het klaslokaal vinden.
ARTIFICIAL INTELLIGENCE in de FINANCIËLE SECTOR
De toepassingen van AI in finance zijn talrijk, aangezien de meeste waarde hier behaald kan worden door het verzamelen en analyseren van enorme hoeveelheden data. Dankzij speciaal ontwikkelde algoritmes kunnen dergelijke systemen veel sneller handelsbeslissingen maken, gebaseerd op de laatste data.
AI toepassingen voor marktanalyses en data mining voor grote banken en investeerders lijken voor de hand te liggen, maar ook voor personal finance kan het toegepast worden. Slimme oplossingen analyseren uitgaven en inkomsten, en helpen bij het optimaliseren van inkomsten en uitgaven en – desgewenst – de beste keuzes voor sparen en investeren.
ARTIFICIAL INTELLIGENCE in de GEZONDHEIDSZORG
Een van de industrieën die het meeste op de voorgrond treedt met reeds geïmplementeerde toepassingen, is de gezondheidszorg. Welbekend zijn de operatie-robots, die ondersteunen bij gevaarlijke of risicovolle operaties en waar nodig over kunnen nemen van de chirurg, om lastig te bereiken plekken met een microscopische precisie kunnen opereren.
Dergelijke innovaties maken voorheen onmogelijke ingrepen ineens mogelijk – een van de voornaamste redenen dat ze al zo breed toegepast worden. Het stopt echter niet bij een operatierobot: kunstmatige neurale netwerken worden gebruikt voor supportsystemen voor het stellen van diagnoses. Zo’n systeem kan, aan de hand van de verzamelde data en het reeds bestaande patiëntendossier, sneller conclusies trekken en vrij snel een accurate diagnose stellen.
Daarbij kunnen ze ook ondersteunen bij het interpreteren van medische scans en snel gebieden isoleren die een ontsteking of tumor lijken te bevatten. Eenmaal verbonden met een hartmonitor, kan ook daar een intelligente analyse van gemaakt worden, die het hartritme onder de loep neemt en actief diagnoses stelt of verdere testen uitvoert.
Toepassingen in de gezondheidszorg lijken dus oneindig, van het ontwikkelen van nieuwe medicaties tot het opstellen van behandelplannen en het diagnosticeren van ziektes en afwijkingen – en zelfs in het geruststellen van patiënten door antwoord te geven op veel gestelde vragen en suggesties te doen voor het verbeteren van hun gezondheid; of door het te voorzien in een ‘gezelschapsrobot’ voor de zorg voor oudere mensen.
TOEKOMST VAN ARTIFICIAL INTELLIGENCE
Hier stopt het uiteraard niet. Bovengenoemde voorbeelden zijn prominent, maar dat betekent niet dat er veel meer, wellicht minder opvallende, implementaties zijn van dergelijke slimme ‘zwakke’ AI-systemen.
Klantenservice, chatbots, slimme videogames, AI-geproduceerde muziek, intelligente auto’s, of toepassingen zoals de Google Home en Amazon Echo: kunstmatige intelligentie is absoluut niet toekomstmuziek, maar al overal om ons heen beschikbaar.
En nee, dan hoeft het niet een volledig (of ‘sterk’) AI-systeem te zijn: iets waar de gemiddelde mens ook nog niet klaar voor lijkt te zijn (en de vraag is of dit iets is waar wij ooit klaar voor zullen zijn, een volledig menselijk systeem dat slimmer is dan dat wij zijn).
Voorlopig zijn de ‘zwakke’ AI-systemen om ons heen al interessant en spraakmakend genoeg: slimme toepassingen die, in lijn met de filosofie van het Internet of Things, ons leven vergemakkelijken, en comfortabeler, beter én veiliger maken.