Een ‘meter’ van fysieke omstandigheden, zoals temperatuur of snelheid, die automatisch deze data opneemt en doorstuurt om uitgelezen en geanalyseerd te worden.
WAT IS HET
Een van de grootste pijlers van het Internet of Things zijn sensoren. Immers, het vergaren van betekenisvolle data over zijn omgeving is het startpunt voor elke slimme toepassing. Dergelijke data wordt gemeten door een sensor: die fysieke signalen - zoals temperatuur, bloeddruk, vochtigheid, kracht of snelheid – meet en vervolgens omzet in een digitale, die automatisch doorgestuurd en uitgelezen kan worden.
Sensoren worden vaak vergeleken met menselijke zintuigen. Ze nemen immers de omgeving waar, zij het door middel van geur, gevoel, geluid, zicht of smaak. Waar een mens soms inaccurate waarnemingen kan doen en niet overal tegelijk kan zijn om dit constant bij te houden, kan de automatisering van dit proces zorgen voor accuratere en meer up-to-date data.
Dit maakt automatisering van devices, evenals onderlinge communicatie ertussen, onmogelijk zonder sensoren. Sensoren kunnen draadloos elektrische of optische fenomenen detecteren, meten, controleren, tellen, bewaken, en identificeren. Het moge dus duidelijk zijn dat er talloze sensoren verkrijgbaar zijn, elk met zijn eigen doel en werkwijze.
Wat ze in overeenstemming hebben, is dat een sensor dient te voldoen aan de volgende eisen:
Het is gevoelig voor het te meten fenomeen.
Het is ongevoelig voor ieder ander fenomeen dat in dezelfde omgeving voorkomt.
Het beïnvloedt het te meten fenomeen niet.
TOEPASSINGEN
De toepassingen van dergelijke sensoren lopen flink uiteen: veel mensen beseffen niet dat een simpele aanraking op een aanrakingsgevoelige knop in de lift ook een sensor in werking wordt gezet; net zoals de fingerprint-beveiliging op je smartphone en de lichtknop, die met een lichte aanraking lichten dimt of versterkt.
Op dezelfde manier kan er een simpele optische aanwezigheidscontrole uitgevoerd worden, bijvoorbeeld ter ondersteuning van een automatisch verlichtingssysteem die inschakelt wanneer er iemand binnenkomt; of elektrische sensoren die data doorgeven over positionering, afstandsmetingen, kleurencontroles, en nog veel meer.
Dit maakt menselijke handelingen overbodig. Niet langer hoeft iemand persoonlijk langs te gaan om temperatuurmetingen te doen, niet langer hoeft er apparatuur aanwezig te zijn waarmee specifieke meterstanden gemeten en opgeslagen kunnen worden. Met sensoren worden deze automatisch afgelezen en direct doorgestuurd en opgeslagen.
Dit maakt het geschikt voor een enorme hoeveelheid toepassingen. Alles waarbij het van belang is om exacte metingen uit te voeren en deze nagenoeg real-time door te geven, komt in aanmerking voor vervanging door sensoren. Het bespaart kosten en elimineert de foutmarge nagenoeg door het verwijderen van menselijke acties uit de keten – en door de extra beveiliging die het netwerk van sensoren met zich meebrengt.